Een kort bezoek aan Parma
door Miriam · 24 januari 2016
Met een paar tips van een tante en verder geen idee gaan we vanuit Genua op weg naar Parma. We brengen 24 uur door in deze provinciestad in Emilia-Romagna. Het is koud en mistig en we weten onze weg nog niet te vinden. We laten de stad dus maar gewoon over ons heen komen.
Met een kaart dwalen we door de straten. Een meisje stopt om te vragen of ze ons kan helpen. We vragen naar een leuk tentje voor de lunch. Ze wijst ons in de goede richting. Je kunt in elke geval heerlijk eten in Parma. We komen een kathedraal tegen met een fraaie doopkapel, een rivier die de stad doorkruist en genoeg musea en kerken om ons te kunnen vermaken. Onze wanderlust bracht ons op fijne plekken.
Hotel Torino
De binnenstad van Parma is autovrij, of in elk geval bedoeld voor bevoegden. Ons hotel, Hotel Torino, ligt in hartje centrum. Schoon, modern en ideaal gelegen. Aanradertje. Om er met de auto te komen, rijd je door het voetgangersgebied, tegen de richting in en over de drukste winkelstraat. De baliemedewerker begrijpt niet waarom we daar zo'n moeite mee hebben. 'We hebben speciale afspraken met de gemeente, dus we geven je kenteken door en dan komt het goed.' Enige behendigheid in manoeuvreren is wel vereist in de straatjes en de kleine ondergrondse parkeergarage van het hotel. Vanuit onze kamer hebben we uitzicht op de koepel van de Madonna della Steccata. We hebben een klein balkonnetje, maar dat is nat van de regen.
In de San Giovanni Evangelista gaan we op zoek naar de fresco's van Il Correggio, de Italiaanse schilder Antonio Allegri die in 1489 werd geboren in Correggio. De kerk gaat om drie uur open, maar binnen is het stikdonker. Een priester doemt op uit de duisternis en pakt Andrea bij zijn arm. Geheimzinnig vraagt hij of we het werk van Il Correggio willen zien. Hij gebaart ons hem te volgen naar een kastje in een zijkapel. Als je daar een euro inwerpt, gaat eerst het licht aan op de fresco van Johannes de Evangelist, daarna op de koepel en daarna op het fresco achter het altaar. De werken worden een voor een kort belicht, maar zijn die euro meer dan waard. Ook de andere bezoekers hebben zich rond de priester verzameld en hij wil weten waar we vandaan komen. Totdat we weer naar buiten gaan, blijft hij in ons kielzog varen.
Teatro Farnese
Tegen het einde van de middag zijn we ietwat verkleumd en zoeken de warmte van het nationaal museum op, dat zich in het immense Palazzo della Pilotta bevindt. We hebben geluk: het is de eerste zondag van de maand (en van het jaar trouwens), dus alle musea zijn gratis te bezoeken. Ik ben vooral nieuwsgierig naar het Teatro Farnese, een theater dat volledig van hout is gemaakt. Daar begint het museumbezoek en via het podium leggen we de volledige route af, langs kunstwerken uit verschillende periodes. Als we weer buiten staan is het donker. We houden een korte tussenstop in ons hotel en maken ons daarna klaar voor het avondeten.
De volgende ochtend doen we nog een rondje. Parma beschikt over een prachtig park waar 's zomers zeker wordt gejogd en gepicknickt. Nu zijn wij de enigen die hier een winterse ochtendwandeling maken. We drinken nog een cappuccino, kopen wat vleeswaren en pakken dan de auto. Via het zuidelijke platteland rijden we terug richting Genua. En daar kun je zomaar dit tegenkomen: