In Genua eten we met kerst pandolce
door Miriam · 23 december 2021
Rond de kerstdagen worden in Italië allerlei traditionele zoetigheden gegeten als panettone (uit Milaan) en pandoro (typisch voor Verona). In Genua en omstreken eten ze pandolce, een zoet brood met rozijnen, pijnboompitten en venkel. Mijn schoonmoeder bakt het zelf en steekt er een lauriertakje in, een symbool voor welzijn en geluk.
Pandolce zou van Perzische afkomst zijn. Zodra de eerste dag van het nieuwe jaar aanbrak, moest de jongste onderdaan de koning een groot zoet brood met appels en gekonfijte vruchten brengen als gelukwens en geschenk. De lekkernij werd vervolgens verdeeld onder alle hoogwaardigheidsbekleders van het hof.
Zeevaardersziel
Een ander verhaal vertelt dat de admiraal Andrea Doria in de zestiende eeuw een wedstrijd uitschreef onder de Genuese meester-banketbakkers. Ze moesten een zoetigheid bedenken die de rijkdom van zijn maritieme republiek symboliseerde. Een zoetigheid met een zeevaardersziel: voedzaam, maar lang houdbaar, geschikt om de lange tochten op zee te doorstaan in de voorraadkamer. Een pandolce blijft dan ook nog een hele maand vers. Daarna droogt het brood enigszins uit, maar het kan nog heel lang bewaard blijven en 'tot leven worden gewekt' in de oven.
Tradities
Volgens de hedendaagse Genuese traditie moet het jongste familielid de pandolce op tafel zetten en het lauriertakje eruit halen. In ons geval is dat Nicola. Het oudste familielid snijdt het brood aan en legt meteen een stuk apart voor de eerste bedelaar die aan de deur komt. Het tweede sneetje wordt apart gehouden om te worden gegeten op 3 februari, de dag van San Biagio, de heilige die ons tegen keelziekten beschermt. Maar veel Genuezen zijn te golosi, te gulzig en dol op lekker eten, dus een pandolce haalt San Biagio meestal niet.
Wil je zelf pandolce bakken, dan zou je dit recept kunnen proberen.